zondag 23 juli 2023
16e zondag door het jaar – A
Wijsheid 12.13+16-19, Romeinen 8:26-27 en
Mattheüs 13:24-43
We hebben het vaak over ‘Het rijk der hemelen’. Dat moet iets zijn dat heel dichtbij is (Mattheüs 1:15). De wereld zelf is als een akker waar de tarwe van de hemel groeit. Van tarwe wordt brood gemaakt dat leven geeft. Brood kan zelfs brood uit de hemel worden, dat leven geeft aan de wereld (Johannes 6:33). Maar wat is dat toch, dat onkruid tussen de tarwe? Het onkruid is door de vijand gezaaid op de akker van het goede zaad. De vijand is dus een parasiet, hij zaait op andermans akker; de vijand is gewoon een lui mens. Een luiaard ligt graag met zijn buik op de grond. Zo ook de slang, de verleider (Genesis:19 en Apocalyps 12:9).
Van het begin af aan is er al in de Bijbel al sprake van vijandschap tussen het zaad, het kroost van de slang en de vrouw Eva (Genesis 3:15). De slang is een slim dier, het slimste van alle dieren die God, de Heer, gemaakt had. De slang vroeg aan de vrouw: God heeft zeker gezegd dat je van geen enkele boom in de tuin mag eten? Nee, zei de vrouw: wij mogen de vruchten eten van alle bomen, behalve van de boom, van de kennis van goed en kwaad in het midden van de tuin. Dit lezen wij over het begin van de mensengeschiedenis. Het einde spreekt zelfs over een oorlog (Apocalyps 12:13 en verder). De beroemde Belgische schrijver Guido Gezelle zegt het zelf: ons leven is een strijdbanier tot in Gods handen dragen.
Als deze taal te ver weg staat, mogen we wellicht gewoon zeggen dat onkruid betekent: zaad zonder zin, zonder vrucht, zonder kind, en zonder liefde! Denkt u ook weleens: ach, lieve Heer, waar blijft het Koninkrijk van U toch? Wij merken er zo weinig van. In het oosten en westen is er sprake van grote problemen en zelfs de vele oorlogen, en in het zuiden van de wereld heerst altijd maar honger en armoede. De meeste mensen op aarde vragen zich iedere dag niet af: wát zullen we vanavond te eten krijgen? Ons geloof van tweeduizend jaar christendom, wat heeft ons dat eigenlijk opgeleverd? Ook onze tijd en onze wereld is er één grote verzetsbeweging tegen onrecht, oorlog, één grote actiegroep voor rechtvaardigheid en vrede? Maar vaak maken we ons meer druk over futiliteiten en zoeken we niet naar wat ons bindt, maar wat ons van elkaar scheidt.
Ben ik te somber? Natuurlijk, maar toch word je af en toe behoorlijk moedeloos, hoe de wereld zich ook in onze tijd gedraagt. Op onze aarde zijn er momenteel meer dan veertig plekken waar sprake is van oorlog, geweld, misdaad en honger. Soms denk ik weleens: Jezus, zijn wij nog wel op de goede weg? We doen ons best, maar wat doen we allemaal fout? Jezus, waarom vraagt u ook zo veel van ons? We kunnen wat we willen toch niet allemaal waarmaken. Jezus, hoe moeten we dan verder met de komst van Uw Koninkrijk? Maar er moet toch een Koninkrijk zijn als Jezus altijd in ons midden is.
Midden in het lange evangelieverhaal horen wij: ‘Het Rijk der Hemelen gelijkt op gist, die een vrouw in drie maten bloem verwerkte tot deze in hun geheel gegist waren. Eigenlijk staat er ‘niet verwerkt’, maar ‘verborgen of verstopt’. En drie maten meel, hoeveel is dat? Zo’n honderd pond! Kortom: het gist werkt wel, maar je ziet het gewoon niet. Het zit blijkbaar op vele plaatsen verstopt! En waar staat het gist voor. Het staat voor het rijk der hemelen oftewel het koninkrijk van God. Maar wat is dat toch. Waar we spreken en delen is er ruimte voor de zevende hemel. Maar wanneer en hoe. Als er voor vrede en gerechtigheid plaats is, zouden we de hemel moeten voelen. En dit verhaal mag iedereen ‘tot in de eeuwen der eeuwen’ een plaats geven. Hoewel, het idee van de hele kleine mosterdzaad, net zo groot is als een speldenknop dat verstopt wordt in de grond, maar de werking van het gist is er wel. Het deeg kan rijzen, het brood kan gebakken worden. Zo ook de werking van het klein mosterdzaadje. Het verdwijnt in de aarde, maar draagt als vrucht een enorme struik voort. Het koninkrijk van God is er dan wel, maar vaak zie je het niet. Hoewel: kijk maar naar dat brood dat we wereldwijd met elkaar moeten blijven delen. Maar goed en kwaad in ons leven, kruid en onkruid, we denken het liefst in tegenstellingen.
We zetten zaken vaak scherp tegenover elkaar. Dat houdt de zaak helder. Want we zijn vaak typische zwart-witdenkers. Het is bij ons donker of licht, terwijl de werkelijkheid zich voltrekt in de schemering van ons bestaan. Is de zaak genuanceerder. Hoeveel nuances liggen er niet tussen zwart en wit. Dat geldt ook voorgoed en kwaad. Voorzichtigheid is geboden: ‘dat is een goed mens’ of ‘dat is een slecht mens’. Dat zijn vaak onze ongenuanceerde uitspraken. Mensen zijn nooit helemaal goed of helemaal slecht. Maar hoe vaak is ons oordeel niet tijdgebonden? Dingen waar we vroeger zo zeker van waren, daar zetten we nu grote vraagtekens bij en kijken er nu wat genuanceerder tegen aan.
In het evangelie van vandaag worden goed en kwaad scherp uit elkaar gelegd. Iemand zaait goed zaad op de akker. ‘s Nachts strooit iemand er stiekem onkruid tussen. Dat gaat zo in het leven. Want laten we eerlijk zijn: wat de een opbouwt, wordt door een ander weer afgebroken. Zo werken we elkaar tegen. Toch vraag ik me af of de zaaier van het goede kwaad en de zaaier van het onkruid wel dezelfde personen zijn. Gaat het niet eerder om twee kanten van een en dezelfde persoon? Dan klinkt het verhaal ánders. Dan zijn we naast zaaiers van het goede nieuws vaak ook onruststokers. Het goede zaad en onkruid, goed en kwaad. Het verschil tussen opbouwen en afbreken. Gebruik het beste zaad dat je in je hebt. Het biedt voedsel voor jezelf en voor anderen. Er zit in zaad een onvermoede kiemkracht. Iedereen heeft ongekende mogelijkheden.
Zaaien en wachten. Intussen doet het zaad zijn werk. Bij een grote winkel stond op de voorruit: hier is van alles te koop. Een man leest dat en gaat naar binnen. Hij ziet achter de toonbank een engel staan en hij vraagt hem: verkoopt u alles? Geeft u mij dan maar vrede, liefde en gerechtigheid. De engel schudt zijn hoofd en zegt: Meneer, hier verkopen we alleen de zaden! En die zaden komen door u tot leven, waar tegenwoordig weer vele virussen in ons leven zijn en komen die vanuit ons geloof zal moeten verdwijnen.
Ambro Bakker s.m.a.