2e zondag door het jaar -B
1 Samuël 3:3b-10.19 en Johannes 1:35-42
We leven in een wereld van toenemend geweld. Geweld ver weg, geweld vlak om de hoek. En iedere keer vraag je je af: hoe doorbreken we die geweldspiraal? Een uitermate moeilijke zaak. Want geweld is al zo oud als de mensheid zelf. Het verhaal van Kaïn en Abel staat niet voor niets helemaal vooraan in de Bijbel. Er volgen nog veel meer Bijbelverhalen over geweld. Maar in de Bijbel heeft geweld nooit het laatste woord. Kijken we bijvoorbeeld naar het evangelie van dit weekend. Johannes de Doper ziet Jezus lopen en zegt tegen twee van zijn leerlingen: ‘let op die man daar, Hij is het Lam Gods!’ Daar zit een hele levensfilosofie achter. Wat roept een lam bij je op? Iets van zachtheid en onschuld. Eerder door geweld vermalen dan tot geweld in staat. Een lam is het symbool van het weerloze en argeloze, beeld van de zachte krachten in ons leven.
‘Religie en hun volgelingen zijn altijd gewelddadig’- zo luidt een populaire atheïstische claim. De Amerikaanse theologe Karen Armstrong heeft recent een boek geschreven met de titel ‘In Naam van God’. Zij is een prominent deskundige op het gebied van wereldreligies. In het nieuwe boek laat ze ons zien dat de ware reden voor oorlog en geweld in ons geschiedenis meestal weinig met religie van doen heeft, maar veelal sociaal, economisch of politiek van aard waren. Zij geeft daarvan duidelijke voorbeelden. Zo maakt ze ons duidelijk dat er naast de kruisvaarders die in de Middeleeuwen dood en verderf zaaiden, er altijd een Jezus of een Boeddha is geweest, die zich inzetten voor een rechtvaardige en vredige samenleving, Zo wordt Jezus ons ook vandaag gepresenteerd, niet als een Jihadstrijder, maar als een Lam Gods, symbool van het weerloze, beeld van de zachte krachten van het leven. Daarmee corrigeert ze het wijdverbreide beeld dat religies schuldig zijn aan het bloedvergieten in de geschiedenis. Karen Armstrong maakt zich sterk voor religieuze ideeën en bewegingen die oorlog en agressie afwijzen en zich inzetten voor gelijkheid, vrede en verzoening.
In het Westen leven wij sinds de Franse Revolutie van het motto van Frankrijk en Haïti: ‘Liberté, Égalité, Fraternité’. Het gaat om Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap. Deze Verlichtingsidealen zijn gemeengoed geworden in de Europese democratieën. De Vrijheid was er eerder dan de Gelijkheid. En pas daarna ontstond de Broederschap. De eerste twee woorden “Vrijheid en Gelijkheid’ zijn sterk benadrukt. Dat geldt minder voor Fraternité. Broeder- en Zusterschap is het stiefkindje geworden. Dat geldt bijvoorbeeld ook als het gaat om ‘de vrije meningsuiting’ in woord en schrift. Maar hoe vrij is die? Als tientallen miljoenen roepen ‘Je suis Charlie’’ probeer dan maar eens om met een wat meer genuanceerd beeld te komen. Maar vrijheid van meningsuiting zal toch een relatie moeten hebben met de Fraternité, onze broeder- en zusterschap. Broeder- en zusterschap verenigt, doet scheidslijnen vervagen, slijpt scherpe kantjes weg. Maar ja, voor cartoons is broeder- en zusterschap niet bruikbaar. Daar kun je niets mee! Van de drie Verlichtingswaarden is de Fraternité (Broederschap) het minst gerealiseerd in onze seculiere samenleving. Christenen wijzen de drieslag (vrijheid, gelijkheid, broederschap) niet af, maar wij kennen als Christenen echt ook ándere grondwoorden als Liefde, Barmhartigheid en Vergevingsgezindheid. Het wapen van Amsterdam heeft als spreuk: ‘Vastberaden, Heldhaftig en Barmhartig’,
Barmhartigheid betekent dat je met een warm hart bij de ander durft zijn. Dat vraagt om openheid, ontvankelijkheid, respect voor het anders zijn van de ander. Vergevingsgezindheid is ver weg van onze samenleving. Natuurlijk misdaad moet gestraft worden, maar kans op verbetering en een nieuw leven wordt je nauwelijks gegund. Een falende directeur krijgt een gouden handdruk en een nieuwe baan met een royale bonus. Over gelijkheid gesproken! Een jongen van zestien jaar – een kind nog zegt zijn vader – is naar Syrië gegaan. Vechten tegen Assad. Nu is de situatie zó complex geworden dat het joch van zestien het zelf ook niet meer weet en hopeloos verstrikt raakt in zijn eigen waanbeeldideeën. Over broeder- en zusterschap gesproken! Ik ben het eens met wat gisteren in Utrecht PvdA-minister Asscher over de Islam zei op zijn partijcongres. Hij zei: ‘moslims mogen niet de dupe worden van een kleine groep moslimsextremisten. Moslims horen bij Nederland
Het zijn de christelijke waarden van liefde, barmhartigheid en vergevingsgezindheid. Vanuit zuster- en broederschap krijgen de andere waarden van vrijheid en gelijkheid een andere kleur. Misschien wel de kleur van een hartelijke samenleving waarin mensen met barmhartigheid omzien naar elkaar en elkaar bij fouten nieuwe kansen bieden. Zou ook in onze tijd het derde ideaal van zuster- en broederschap ooit gerealiseerd worden? Onze seculiere samenleving heeft meer dan ooit bewuste christenen nodig. Ook als meer dan de helft van de Nederlanders niet in God gelooft? Juist dan!
De twee leerlingen gaan achter Jezus aan. Jezus draait zich om en vraagt: ‘Wat verlangen jullie?’ Ik denk dat in die woorden ‘Lam Gods’ hun verwachtingen liggen uitgedrukt. Wat verlangen ze van het leven? Iets van het argeloze en het ongerepte dat ze in Jezus zien. Iets van ‘n droom die ze in Zijn ogen weerspiegeld zien. Iets dat zin geeft aan hun leven. Andreas ontmoet zijn broer Simon en zegt tegen hem: ‘Wij hebben de Messias gevonden’. Daarmee zegt Andreas nogal wat! De Messias! dat woord was voor generaties joden zwaar geladen. In dat ‘Messias’ klonk voor hen iets door van een nieuwe wereld, waarin mensen op een andere manier omgaan met elkaar; een wereld waar sprake is van gerechtigheid en vrede, een wereld waar de spiraal van alle geweld doorbroken is, waar wolf en lam samenwonen. Daar droomde de profeet Jesaia al van. Daar dromen ook de twee leerlingen van die Jezus volgden. En daar droom ik ook zelf van.
Voor mij is dit evangelie de boodschap dat wij, ondanks de macht van het (almaar toenemend) geweld, toch mogen blijven geloven in de weerloze macht van een kind (van het kind in je zelf). Ik ben ervan overtuigd dat ik daarmee heel dicht in de buurt kom van wat Johannes de Doper bedoelde met ‘Lam Gods’. Geloven in de diepste krachten in jezelf. Geloven in de krachten die God in elk mens gelegd heeft en die zo gauw overwoekerd worden door agressie en geweld, door angst en wantrouwen, door jaloezie en haat. Het kind in ons, het lam Gods, is het laatste bolwerk dat wij in ons leven prijs mogen geven.
© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor-deken RK Amstelland